Van trips naar zonbestemmingen tot therapie: zo ga je PTSS tegen.

questDe strijd mee naar huis.

Er is steeds meer aandacht voor militairen met een posttraumatische stressstoornis (PTSS). Maar wat is dat nou echt? Hoe vaak komt het voor? Wat doet defensie om het te genezen of beter nog: te voorkomen?

Wat is het?

Extreme waakzaamheid, slapeloosheid, je niet goed kunnen concentreren, prikkelbaarheid, afgestomptheid. De symptomen van een posttraumatische stressstoornis (PTSS) lopen erg uiteen. Toch is er een grote gemene deler: iedereen die eraan lijdt heeft een traumatische ervaring beleefd. PTSS komt dan ook niet alleen voor bij militairen, maar ook bij brandweerlui, treinconducteurs, politiemannen en ambulancepersoneel. En bij ‘gewone’ mensen, bijvoorbeeld als die ooit betrokken waren bij een natuurramp, een beroving of een verkrachting. De gebeurtenis is zo ingrijpend geweest, dat het lichaam en het hoofd in constante staat van paraatheid verkeren. Zo wapenen ze zich alvast tegen een herhaling, om te voorkomen dat die weer zoveel impact gaat hebben. Er is officieel sprake van PTSS als de symptomen ten minste een maand duren en als ze iemand in zijn dagelijkse functioneren belemmeren.

Hoe vaak?

  • Ongeveer 20 procent van de militairen heeft na terugkeer van een uitzending klachten in een of andere vorm.
  • Ongeveer de helft daarvan is psychisch van aard.
  • De meeste klachten gaan binnen 3 maanden vanzelf over.
  • Ongeveer 10 % van de militairen heeft wel behandeling nodig. Dat kan een korte medische behandeling zijn of een langduriger psychische behandeling.
  • In zo’n 5 % van de gevallen (dit percentage varieert per missie) wordt officieel de diagnose PTSS gesteld. Het merendeel reageert goed op de behandeling.
  • 1 tot 2 % blijft klachten houden.

 

In het medicijnenkastje.

Helaas, een wonderpil die je doet vergeten wat je allemaal hebt gezien bestaat niet. Maar er zijn wel medicijnen die PTSS-klachten kunnen verminderen. Dat zijn met name antidepressiva die bekend staan als serotoninheropnameremmers. Ze zorgen dat serotonine (een boodschapperstof die invloed heeft op onder meer je geheugen, stemming en slaap) niet snel weer opgenomen wordt door je zenuwcellen, maar juist langer actief blijft. Onderzocht wordt welke middelen werken en op welk moment een patiënt de middelen moet nemen. Voorbeelden zijn ketamine en D-cycloserine, die qua werking wel wat weg hebben de de drug LSD. Ze hebben invloed op de vorming van herinneringen in je brein. Ze kunnen ervoor zorgen dat herinneringen anders worden opgeslagen. De impact van het trauma kan daar door minder  heftig uitpakken.

 

Op de sofa:

Pillen kunnen helpen, maar PTSS moet in de eerste plaats met therapie worden behandeld. Veel mensen hebben baat bij een therapie die ‘beknopte eclectische psychotherapie’ wordt genoemd. Daarin beleven ze de traumatische gebeurtenis onder begeleiding van een therapeut opnieuw. Het klinkt misschien vreemd, maar het liefst zo levendig mogelijk, bijvoorbeeld met voorwerpen die herinneren aan de gebeurtenis en door brieven te schrijven aan personen die ze voor de gebeurtenis verantwoordelijke houden. Ook met EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) worden goede resultaten geboekt. In deze therapie wordt de traumatische gebeurtenis ook op ‘scherp’ gezet. Terwijl de patiënt de beelden voor de geest haalt, gaat de therapeut op ooghoogte met zijn hand op en neer (heen en weer en heden ten dage wordt er ook gebruik gemaakt van een koptelefoon en geluid). Klinkt vaag? Misschien. Toch is wetenschappelijk bewezen dat het helpt om negatieve associaties bij de herinnering te doen verminderen of verdwijnen.

 

Afghanistangangers onder de loep.

Zo’n 1000 militairen leverden voor en na hun uitzending naar Afghanistan een buisje bloed en speeksel in. Ook vulden ze vragenlijsten in over onder meer hun lichamelijke toestand, hun leefgewoonten en hun eerdere traumatische gebeurtenissen. Er volgen nametingen na 6 maanden, 1, 2, 5 en 10 jaar. De schat aan gegevens die dit oplevert, worden geanalyseerd binnen PRISMO (Prospectie in Stressgerelateerd Militair Onderzoek. , een samenwerking tussen defensie en de Universiteit Utrecht. Het onderzoek is opgezet door psychiater en kolonel-arts Eric Vermetten, sinds 2013 bijzonder hoogleraar medisch-biologische en psychiatrische aspecten van psychotrauma aan de Universiteit Leiden. PRISMO leverde al enkele interessante bevindingen op:

  • Nachtmerries in de periode voorafgaand aan de uitzending vergroten de kans op PTSS bij terugkeer.
  • De hersenactiviteit binnen de amygdala, het hersengebied dat betrokken is bij de verwerking van negatieve emoties, is groter bij militairen die net op uitzending zijn geweest. Dat betekent dat de hersenen extra alert zijn. Pas na 1,5 jaar daalt de amygdala-activiteit weer naar normaal.
  • Militairen die PTSS ontwikkelen na de missie blijken voorafgaand al meer glucocorticoidereceptoren te hebben. Glucocorticoiden zijn hormonen die bijnierschors aanmaakt bij stress.
  • De cortex cingularis anterior is een hersengebied dat betrokken is bij de expressie van angst. Bij sommige personen die zijn blootgesteld aan extreem bedreigende situaties is de samenwerking tussen dit gebied en de amygdala van slag geraakt. Daardoor kunnen zij stress blijvend als extra heftig ervaren.

 

Strand als medicijn.

Zon, zee en strand. Omdat je baas dat wil. Na een uitzending van meer dan 30 dagen is 2 dagen ontspannen (bijvoorbeeld op Kreta of Gran Canaria) verplicht voor een Nederlandse militair die op weg is naar huis. Het is geen gewone vakantie, maar ‘een periode van adaptatie buiten het uitzendgebied’. De tussenstop is bedoeld om terug te kijken op de missie en je voor te bereiden op de thuiskomst. Er zijn psychologen aanwezig in het hotel met wie je over je ervaringen kunt praten. Zij geven ook tips over hoe je die kunt delen met thuisblijvers, die vaak niet goed snappen hoe het eraan toe gaat op een uitzending. Er zijn ook groepsgesprekken. Na de thuiskomst volgt nog een verplicht individueel terugkeergesprek. Dit alles helpt de militair om de opgedane ervaringen te verwerken. Zo kan PTSS zo veel mogelijk worden voorkomen, dan wel tijdig worden gedetecteerd.

 

Bron:

Missie: Militair Quest

Tekst: Carlijn Simons.